© GettyImages
“Sommige gemeenten blijven structureel in gebreke,” stelt N-VA-fractievoorzitter Gilles Verstraeten. “Het aantal paritair ingevulde leidinggevende functies blijft zorgwekkend laag. Amper vijf van de negentien OCMW’s respecteerde de verplichte taalpariteit op managementniveau. In 2010 lag dat aantal nog op 12. De achteruitgang is duidelijk en aanhoudend.”
Brusselse regering kijkt weg
De vice-gouverneur kan schorsen, maar het is de Brusselse regering die de benoemingen moet vernietigen. En daar wringt het schoentje. “De vernietiging van deze benoemingen, waarvoor de regering bevoegd is, blijft uit. Het rapport wordt zelfs niet besproken, laat staan dat er enige reactie op komt. De gemeenten en OCMW's worden zo door de regering boven de wet gesteld. De taalwetgeving is van openbare orde en dient dan ook gerespecteerd te worden”, aldus Brussels Parlementslid Mathias Vanden Borre.
Vlaanderen doet wél iets
Terwijl de Brusselse regering blijft stilzitten, neemt de Vlaamse Gemeenschap wél initiatief. Vlaams minister voor Brussel Cieltje Van Achter lanceerde het Totaalplan Nederlands. “Het Huis van het Nederlands biedt een versterkt aanbod om gemeentepersoneel Nederlands aan te leren. Maar de OCMW’s en gemeenten hebben dus duidelijk geen interesse om de problemen werkelijk aan te pakken. De Nederlandstalige Brusselaar, of die nu een moedertaalspreker is of Nederlands heeft geleerd als tweede of derde taal, en die beroep moet doen op de gemeente of het OCMW is het slachtoffer. De Nederlandstalige Brusselaar blijft in de kou staan”, stelt Vanden Borre.
Tijd voor échte keuzes
“Het toezicht op de toepassing van de taalwetgeving moet op de eerste plaats door het Brussels Gewest gebeuren”, besluit Verstraeten. “Het is de hoogste tijd dat een nieuwe Brusselse regering deze kwestie eindelijk ernstig ter harte neemt, initiatieven neemt om de situatie structureel te verbeteren, een duidelijke lijn in het zand trekt en het aandurft om maatregelen te nemen tegen die gemeenten die de regels structureel en moedwillig aan hun laars lappen.”
